De 25 van Bert, een kwarteeuw in cinema: 2) ‘The Tree Of Life’ (Terrence Malick, 2011)
Nu 2025 eraan komt, is het tijd om even achterom te kijken. Filmrecensent Bert Potvliege presenteert de vijfentwintig films die hem de afgelopen kwarteeuw het meest beroerden. Een half jaar lang, tot eind december, neemt hij wekelijks de volgende film in de rangschikking onder de loep. Duik mee met hem in al het moois dat Vrouwe Cinema ons geschonken heeft. Deze week, nummer 2: ‘The Tree Of Life’ (Terrence Malick, 2011).
ALLE KINDEREN IN DE KOSMOS
‘The Tree Of Life’ van Terrence Malick uit 2011 presenteert een existentiële filosofische gedachte. Wie aan de slag gaat met de film ontdekt er niet zelden een ingrijpende les in, over de rol van individuele perceptie. De cineast onderzoekt in deze wervelende film namelijk een andere, ruimere kijk op onze plaats in het bestaan. Hij vertelt over omgaan met rouw en spiegelt het opgroeien van een kind aan de allesomvattende creatie. Het is een spirituele film die stelt dat elk van ons deel uitmaakt van de collectieve aard van het universum, dat alle bestaande materiële zaken in de natuur omvat. In deze schepping is er geen zelf. Enkel de identiteit van het universele telt.
Wispelturige Texaan
Terrence Malick is een merkwaardige cineast. De Texaan is op zijn privacy gesteld en blijft al vijftig jaar zo goed als uit het publieke leven. Prijzen pikt hij niet op en interviews geeft hij niet. Ik ken geen enkele filmmaker met een zo grillig parcours als hij. In de jaren zeventig maakte hij twee onverwoestbare klassiekers, ‘Badlands’ en ‘Days Of Heaven’, om daarna twintig jaar te verdwijnen. Vele gekke geruchten doen de ronde over die periode – het vreemdste was dat hij aan de slag zou geweest zijn als kapper in Parijs, maar dat is lulkoek. Eind jaren negentig kwam hij onverwachts aandraven met de monumentale oorlogsfilm ‘The Thin Red Line’. Met die drie films onder de gordel had hij voldoende faam verworven om als een van de allergrootste filmmakers ooit bestempeld te worden – Christopher Nolan en David Fincher zijn devote volgelingen.
De cineast zette deze eeuw in met het onorthodoxe maar briljante ‘The New World’, gevolgd door wat velen beschouwen als zijn meesterwerk, ‘The Tree Of Life’. De filmmaker was intussen bijna zeventig jaar oud, wat een late fase in het leven is om te beginnen experimenteren. Hierna kwam hij namelijk in een bizarre stroomversnelling met films die simultaan gefilmd werden, die onderling inwisselbaar aanvoelden en die een aanzienlijk deel van zijn fans deden afhaken. Op tien jaar tijd kregen we ‘To The Wonder’, ‘Knight Of Cups’, de docu ‘Voyage Of Time’ (die in twee versies verscheen), ‘Song To Song’ en ‘A Hidden Life’. Er ging geen kat kijken naar die films, maar ik vond het fascinerende prenten. Ook zijn er intussen twee versies in omloop van ‘The Tree Of Life’ en heb ik thuis vier verschillende versies van ‘The New World’ in de kast staan. Er zit nog een nieuwe film aan te komen (voorlopig getiteld ‘The Way Of The Wind’, met Matthias Schoenaerts), maar Malick is al vijf(!) jaar aan het monteren.
De revolutionair en zijn razende publiek
Cinema is ongeveer 130 jaar oud en in die tijd kreeg filmtaal een vaste vorm. Een hele rits regels stelt hoe je geacht wordt verhalen te vertellen en hoe je de camera moet gebruiken. Dat die filmtaal vastroest en stug wordt, is problematisch. Veel prenten volgen deze te slaafs. Cineasten die de regels daarentegen uitdagen, vervormen en updaten, zijn interessanter. Malick is een iconoclast wiens toepassing van filmkunde radicaal anders is. ‘The Tree Of Life’ bestaat niet uit scènes, maar is een beeldenstroom waarin zintuigelijke beleving en de vrijheid van interpretatie voorop staan. De filmmaker is een van de grootste revolutionairen die cinema ooit voortbracht. Ik kan het belang van zijn werk nauwelijks in woorden vatten. ‘The Thin Red Line’ had een fundamentele impact op me toen ik vijftien was. Ik moet de oorsprong van wat natuur en spiritualiteit voor mij betekenen deels toeschrijven aan die film.
De atypische cinema van Malick polariseert. Ik herinner me een voorstelling van ‘The New World’ waarbij je het publiek netjes kon opdelen in vier categorieën: een kwart zat te slapen, een kwart schoot in de lach bij de eindgeneriek, een kwart was ziedend (ik zag een woedende man in het gangpad tieren naar het scherm) en het laatste kwart had net de mooiste film uit hun leven gezien. Het was fascinerend om die diversiteit in impact te kunnen aanschouwen.
Op het Filmfestival van Cannes in 2011 schonk juryvoorzitter Robert De Niro de Gouden Palm aan ‘The Tree Of Life’. De cineast kwam de prijs naar goede gewoonte niet oppikken. De film was een winnaar die het publiek verdeelde. Velen zetten het op een zuchten bij de filosofische overwegingen waarmee de regisseur zijn film aankleedt. Het helpt niet dat die vaak in fluisterende voice-over gebracht worden. Anderen worden knettergek van zijn experimenteel gebruik van de camera en van het ontbreken van een traditioneel verhaal. Alle begrip daarvoor, maar zelf voel ik me bij de cinema van Malick als een vis in het water. Ik had jarenlang uitgekeken naar ‘The Tree Of Life’ en in die enkele weken dat hij in de bioscoop liep, ben ik talloze keren gaan kijken.
De geboorte van alles
De film opent met een bijbelcitaat: “Where were you when I laid the foundations of the earth? … When the morning stars sang together, and all the sons of God shouted for joy?” (Job 38:4,7). Een vreemdsoortige, etherische waakvlam verschijnt. De verschroeiend ontroerende klaagzang ‘Funeral Canticle’ van John Tavener vangt aan en de allermooiste openingsbeelden in de filmgeschiedenis vullen het scherm. Een jong meisje kijkt verwonderd om zich heen naar een weiland. De koeien grazen. Haar vader neemt haar in de armen. Een voice-over spreekt over de twee manieren om door het leven te gaan, the way of nature & the way of grace: “Je moet kiezen welke je volgt.” De film knipt naar het meisje die nu een moeder is (Jessica Chastain) en samen met haar man (Brad Pitt) en drie zonen een hecht gezin vormt in het Texas van de jaren 1950, waar Malick opgroeide. De moeder zit op de schommel, met haar spelende zonen om haar heen.
Dit openingshoofdstuk schetst het gezin op beknopte wijze en toont hoe rouw zijn intrede doet wanneer een van de kinderen overlijdt. De waakvlam verschijnt nogmaals en een volgend hoofdstuk breng ons bij de oudste zoon in het heden. Dit is Jack (Sean Penn), een man die verloren loopt in een glazen en metalen moderne wereld, die kil aanvoelt naast de natuurlijke setting van zijn kinderjaren. Het is de verjaardag van het overlijden van zijn broer. “Find me”, horen we het overleden kind zeggen. Een grotere aanzet voor een plot is er niet.
De waakvlam verschijnt een derde maal. We horen de moeder klagen bij God over het waarom van het overlijden van haar kind: “Lord, why? Where were you?” Dit volgende hoofdstuk is het antwoord van God op de vraag die de moeder stelt, net zoals het openingscitaat dat was. De film neemt hier een monumentale stap naar het verleden en presenteert in een uitgebreide sequens de ontstaansgeschiedenis van de kosmos. We krijgen de Big Bang te zien, ondersteund door een prachtige Lacrimosa van Zbigniew Preisner op de soundtrack. Daarna volgt het ontstaan van onze aarde. De lava, het water, cellen die splitsen, de eerste zonsopgang, kwallen. We krijgen een dinosaurus te zien die een leven spaart. Een meteoriet slaat in.
Wat is het belang van individueel leed wanneer je dit beschouwt als onderdeel van de allesomvattende tijd en ruimte? Wat is de impact van een harmonieuze heroriëntatie ten aanzien van rouw wanneer je gelooft in een universele verbintenis? Is ‘het individu in de natuur’ niet gewoon ‘de natuur’? Malick creëert een voedingsbodem waaruit de allergrootste vragen gesteld kunnen worden.
De sequens is een audiovisuele constructie die oogt als een documentaire van National Geographic, maar dan gemaakt door een spirituele kunstenaar. De esthetische kracht ervan is om steil achterover bij te vallen. Daarna keert de film terug naar die familie in de jaren vijftig en toont in een prachtige expansieve montagesequens hoe dit gezin ontstond, als in juxtapositie met het scheppingsverhaal dat ervoor kwam.
Troostend paradijs
Deze drie eerste hoofdstukken nemen een klein uur in beslag en zijn als een langgerekte introductie op dat wat volgt. Opmerkelijk hoe de film na dat eerste uur gas terugneemt en plots alle tijd neemt om dit gezin uitvoerig te schetsen, met de aandacht voornamelijk op Jack. De focus komt te liggen op zijn ontluiken. Hij begint zich vragen te stellen over het leven en zijn plaats hierin. Zijn moeder is een toonbeeld van liefde en zorgzaamheid (the way of grace). Zijn vader is verbitterd, defensief en zegt dat brute wilskracht nodig is om ergens te geraken in het leven (the way of nature). Jack zal rebelleren tegen zijn ouders en omgeving, in zijn zoektocht naar een eigen identiteit.
Voelen dat je deel uitmaakt van wat boven ons uittorent, kan tot een relativering van eigenbelang leiden. Het bestaan draait daarbij niet langer om de identiteit van het individu. De verbintenis tussen alles legt daarentegen een focus op de identiteit van het universele. De strijd tussen het individuele en het universele is als het wringen van die way of nature en die way of grace. De film biedt alle kansen om hierover te reflecteren. De thema’s van ‘The Tree Of Life’ kan je trouwens in alle films van Malick terugvinden: de mens in relatie tot het paradijs, het verlies van onschuld, het botsen van natuur en cultuur, de herwaardering van de dood.
Dat we te maken hebben met een katholieke filmmaker kan tot fronsen leiden, maar het fascineert hoe de cineast de grenzen van zijn religie overstijgt. De film doet door zijn onderzoek naar de rol van de natuurlijke wereld de grenzen vervagen tussen religieuze film, spirituele cinema en cinema die zich focust op zingeving. De thematiek van ‘The Tree Of Life’ vindt zowel aansluiting bij het katholicisme als bij het boeddhisme (check de leer van Anattā). De cinema van Malick verwelkomt iedereen met open armen.
Verwondering in Z
‘The Tree Of Life’ is een film die op vormelijk niveau zijn gelijke niet kent. Het triumviraat van regisseur Terrence Malick, samen met director of photography Emmanuel ‘Chivo’ Lubezki en production designer Jack Fisk, is voor de geschiedenisboeken. Fisk bouwde de wereld en Chivo filmde die wereld. De cineast regisseerde hen beide naar ongeziene hoogtes.
Jack Fisk is een legende in zijn branche, door zijn samenwerkingen met onder andere David Lynch en Paul Thomas Anderson. Zijn naturel ogende sets stralen een bijzondere rust uit, die mee de sfeer van het werk definiëren. Fisk breng het Texas van de jaren vijftig op oogstrelende wijze tot leven. Daarnaast is er cameraman Chivo. In mijn cinefiel bestaan heb ik, in eender welke tak van het filmmaken, geen groter genie gezien dan hem. Wat die man kan met een camera is bovenaards. Films als ‘Ali’, ‘Children Of Men’, ‘Gravity’, ‘Birdman’ en ‘The Revenant’ bewijzen het. In ‘The Tree Of Life’ experimenteert hij volop met groothoeklenzen en door voortdurend in de Z-as te bewegen – een beweging in de wereld en niet langs de wereld (een verplaatsing opzij of in de hoogte is bewegen langs de X-as en Y-as; de Z-as is de diepte). Het resultaat is van een betoverende schoonheid.
Malick past de camera op radicale wijze toe, waardoor zijn werk exceptioneel wordt. Films worden doorgaans ontworpen om het verhaal te beleven door de ogen van de protagonist, met maximale empathie van de kijker als doel. De camera staat dan ook in dienst van dat te bereiken doel. Malicks films daarentegen maken van de camera een afzonderlijke entiteit – een bijkomstig personage in observatie van het hoofdpersonage en de wereld waarin deze leeft.
De camera ís de protagonist (i.e. de filmmaker zelf). Deze beweegt doorheen de wereld in andere emotionele staten dan deze waarin de personages zich bevinden. Die blik is vrij, ongenaakbaar, zalvend en heeft een vitale band met de thematiek van de film. Empathie met de hoofdfiguur is niet waar het om draait. De regisseur beweegt als een goddelijke instantie doorheen zijn tot leven geroepen wereld, waarin het de verwondering is die overheerst. Die verwondering bestendigt een verbinding met de ons omringende schepping, waardoor de camera de identiteit van het universele uitdraagt.
Spiral out
Het gevolg van de door de regisseur gehanteerde filmische benadering, in combinatie met het kunnen van Chivo en Fisk, is dat de beeldenpracht van ‘The Tree Of Life’ ronduit verbijsterend is. De insteek van de montage, met haar ongenadige actieve houding en schijn van willekeur, moedigt de kijker aan vrij te associëren in deze caleidoscopische kijk op de wereld. De verwondering overweldigt: de spiraalvormige glasraamkoepel, het omgekeerde beeld van de spelende schaduwen, de zwerm vogels bij het flatgebouw, de kamer onder water, de lange man op zolder, de zwevende moeder, de bruid in het water, de glazen doodskist in het bos… De beeldenstroom is exact dat: een stroom.
De sublieme aard van de film wordt verder benadrukt door de muzikale keuzes. De regisseur maakt volop gebruik van bestaande muziek om het spirituele aura van zijn film in de verf te zetten. Het is knap hoe die stukken werken voor de sfeer van de film. De stemming die ze uitdragen is bloedserieus, maar voelt nergens geforceerd. Opmerkelijk is dat ook Malick Symphony N° 3 van Henryk Gorécki gebruikt – reeds de derde film in deze top 25 (naast ‘Altiplano’ en ‘La Grande Bellezza’). Het stuk ligt hier gedrapeerd over een korte scène van de moeder die lang geleden mocht meevliegen in een eenmotorig vliegtuigje. Terwijl het vliegtuig over het Texaanse land zweeft, ontroert Gorécki en fluistert Jack in voice-over: “Mother, make me good, brave.”
Zonnebloemenwonder
Er valt nog zoveel te vertellen over de film. Brad Pitt imponeert en zet zijn mooiste rol neer als norse, gefaalde vader. Jessica Chastain als de moeder was de kennismaking van het grote publiek met de formidabele actrice. Ze speelt de rol als de belichaming van liefde. Zo is ze een even goeie gezant voor de boodschap van de filmmaker, als Jim Caviezel dat was in zijn rol als soldaat Witt in ‘The Thin Red Line’.
De drie kindacteurs hebben een wondermooie naturel, wat te maken heeft met de manier van werken. Er was een scenario, maar dat werd waar mogelijk opzij gelegd. De kinderen mochten zelf hun kledij van de dag kiezen en het op een spelen zetten met elkaar. Die losse houding trok zich door in alles. Chastain was een scène aan het spelen toen een vlinder voorbijvloog. De scène werd stopgezet en de camera volgde de actrice de hele straat door, terwijl ze de vlinder achternaging tot die uiteindelijk op haar hand kwam zitten. Malick wil met zijn camera de toevallige momenten vangen.
De film krijgt een bijzondere dimensie wanneer je te weten komt dat de filmmaker de oudste is van drie broers en dat zijn broer zelfmoord pleegde toen die negentien was. Deze film maken was ongetwijfeld een therapie voor de cineast, maar hij extrapoleert die waarde naar een film die van belang kan zijn voor iedereen – een spiritueel hulpmiddel. ‘The Tree Of Life’ is een monumentaal curiosum met grenzeloos potentieel, met een audiovisuele impact die tot in de kern raakt. De vragen die de film mij stelt, voelen essentieel. In de slotmomenten van de film toont Malick een prachtig zonnebloemenveld. De verwondering over het uitzicht brengt een rust. Het scherm lijkt te verdwijnen en ik sta plots te midden van dat veld. Ik ben er een deel van alles.
Verscheen in deze reeks:
1) ‘Under The Skin’ (Jonathan Glazer, 2013)
2) ‘The Tree Of Life’ (Terrence Malick, 2011)
3) ‘In The Mood For Love’ (Wong Kar-Wai, 2000)
4) ‘The Master’ (Paul Thomas Anderson, 2012)
5) ‘Miami Vice’ (Michael Mann, 2006)
6) ‘Zama’ (Lucrecia Martel, 2017)
7) ‘Amour’ (Michael Haneke, 2012)
8) ‘Memoria’ (Apichatpong Weerasethakul, 2021)
9) ‘Le Scaphandre Et Le Papillon’ (Julian Schnabel, 2007)
10) ‘Blonde’ (Andrew Dominik, 2022)
11) ‘Oldboy’ (Park Chan-wook, 2003)
12) ‘The Lord Of The Rings: The Fellowship Of The Ring’ (Peter Jackson, 2001)
13) ‘Mulholland Drive’ (David Lynch, 2001)
14) ‘La Grande Bellezza’ (Paolo Sorrentino, 2013)
15) ‘Enter The Void’ (Gaspar Noé, 2009)
16) ‘Suspiria’ (Luca Guadagnino, 2018)
17) ‘Gunda’ (Victor Kossakovsky, 2020)
18) ‘Mandy’ (Panos Cosmatos, 2018)
19) ‘Altiplano’ (Peter Brosens & Jessica Woodworth, 2009)
20) ‘Spirited Away’ (Hayao Miyazaki, 2001)
21) ‘Silence’ (Martin Scorsese, 2016)
22) ‘Hable Con Ella’ (Pedro Almodóvar, 2002)
23) ‘The Rider’ (Chloé Zhao, 2017)
24) ‘Hunger’ (Steve McQueen, 2008)
25) ‘Good Time’ (Josh & Benny Safdie, 2017)