De 25 van Bert, een kwarteeuw in cinema: 7) ‘Amour’

De 25 van Bert, een kwarteeuw in cinema: 7) ‘Amour’

Nu 2025 eraan komt, is het tijd om even achterom te kijken. Filmrecensent Bert Potvliege presenteert de vijfentwintig films die hem de afgelopen kwarteeuw het meest beroerden. Een half jaar lang, tot eind december, neemt hij wekelijks de volgende film in de rangschikking onder de loep. Duik mee met hem in al het moois dat Vrouwe Cinema ons geschonken heeft. Deze week, nummer 7: ‘Amour’ (Michael Haneke, 2012).

DE HORROR VAN FINALITEIT

Wat een zonde dat onze relatie met de dood verworden is tot een die gebaseerd is op angst. Ons hele leven lang torsen we de dichterbij sluipende dreiging van ouderdom en aftakeling, waarbij het onontkoombare ons in de ogen staart. Elke mens heeft de taak om hiermee te leren omgaan. We gaan in het leven dan ook op zoek naar waarde en zingeving – alsof een zinvol leven de komst van de dood zou verzachten. Dat is allemaal best, maar het is tegelijkertijd een manier om de confrontatie met sterfelijkheid terzijde te schuiven. Regisseur Michael Haneke verplicht je met ‘Amour’ die confrontatie aan te gaan. In zijn film maakt de dood op nietsontziende wijze de sacrale aard van een liefdesrelatie kapot. De puinhoop die achterblijft, is er een van eenzaamheid. Het resultaat is een van de meest brutale films in deze top 25, die op je inbeukt tot de bittere afloop.

One-two punch

De Oostenrijkse cineast Michael Haneke is een filmmaker die verontrust. Hij oogt als een goedgemutste en vriendelijke sprookjesverteller, maar de verhalen die hij brengt, jagen me de stuipen op het lijf. Net als bij Ari Aster (‘Midsommar’) begrijp ik niet hoe dergelijk zacht ogende regisseur zulke duisternis op het scherm kan toveren. Die discrepantie tussen het voorkomen van een maker en het voorkomen van diens werk fascineert.

Wanneer ik een film van Haneke zie, wil ik hem achteraf altijd graag vragen of alles oké is. Zijn films ‘Funny Games’, ‘La Pianiste’ en ‘Caché’ zijn loodzware, prikkelende prenten over donkere thema’s, die op dwingende wijze verfilmd werden. Het is heerlijk intense cinema om te ondergaan, zelfs al zit ik met die stuipen op het lijf.

Haneke verdient een plaats in deze lijst omdat hij de meest indrukwekkende one-two punch leverde van afgelopen vijfentwintig jaar, door ons eerst ‘Das Weiße Band’ (2009) en vervolgens ‘Amour’ (2012) te schenken. Beide films wonnen de Gouden Palm op het Filmfestival van Cannes. ‘Das Weiße Band’, over de wortels van Duits fascisme, liet een diepe indruk na en is vormelijk onberispelijk. Die prent is nog steeds een fantastische filmbelevenis om in te verdwijnen.

‘Amour’ kwam nóg harder binnen, omdat die film dicht bij ons allemaal komt. Haneke verfilmde dit relaas over de meedogenloze impact van de dood op pijnlijke wijze, waardoor de prent littekens nalaat. Niemand houdt ervan die pijn te ervaren, maar wat houd ik ervan dat een film de kracht heeft me dat aan te doen.

De muziek houdt op

Tachtigers Anne en Georges (zielsroerend tot leven gebracht door Emmanuelle Riva en Jean-Louis Trintignant) genieten van hun oude dag. Het zijn gepensioneerde muziekleerkrachten die de tijd verdrijven met het meepikken van pianoconcerten, het verslinden van boeken en het genieten van een goed glas wijn van tijd tot tijd. Hun appartement in Parijs, met vleugelpiano en boekenkasten tot aan het plafond, is een knus nest waar ze de nodige rust vinden.

De film maakt op drieste wijze duidelijk dat het noodlot op eender welk moment kan toeslaan. Het koppel geniet samen van hun ontbijt, zoals elke dag, wanneer Anne plots catatonisch voor zich uitstaart. Ze heeft een beroerte. Dit duurt maar een ogenblik, maar het is een veeg teken aan de wand voor de komende ellende. Nog voor de kijker goed en wel beseft wat er gaande is, komt het idyllisch leven van de geliefden tot een onzachte halt. De film raast vrij snel door deze momenten, wat schetst hoe gejaagd aftakeling een mens kan overvallen.

Het zicht op de uitzichtloosheid

Hun leven komt op zijn kop te staan. Anne zal stelselmatig achteruitgaan, terwijl Georges ongevraagd meer verpleger dan echtgenoot wordt. Het is een rol die hij in de naam van liefde met volle moed op zich neemt, maar uiteraard weegt de situatie ook op hem. Dit wordt uitvergroot doordat Anne doemdenkt over de toekomst, terwijl Georges alles op alles zet om positief te blijven. Hij houdt zielsveel van zijn vrouw en wil enkel zorg dragen voor haar, ook al ziet hij haar verdwijnen in angst en schaamte. Anne wil dat het ophoudt en is het leven moe.

“Dit is iets nieuws”, zegt de steeds dichter tegen de wanhoop aanschurkende Georges tegen dochter Eva (Isabelle Huppert), terwijl zijn vrouw stapsgewijs verglijdt in de donkerte. Na de beroerte blijft Anne achter met verlamde rechterzijde. De trotse vrouw heeft nu een rolstoel nodig om zich voort te bewegen, de start van de vernedering. Daarna volgt schaamte, wanneer de incontinentie begint. Luiers zijn een volgende stap. Een hartaanval brengt een spraakgebrek. De film bereikt een dieptepunt wanneer een naakte, ijlende Anne probeert duidelijk te maken dat ze pijn heeft, terwijl een verpleegster haar wast in de douche.

Georges ziet het met lede ogen aan. Hij is in dit verhaal een volgend mooi voorbeeld van een sad boy, een personage zoals je ook in zovele andere films in deze lijst kan terugvinden. Het is een man die laat uitschijnen dat hij volhardt, maar je ziet in zijn blik dat hij aan het instorten is. Dit vertaalt zich in het zachtjes uitspreken van de naam van zijn geliefde, alsof het de enige manier is om tot haar te kunnen doordringen.

Hij houdt zijn ware gevoelens verborgen, omdat hij weet dat hij geen keuze heeft. Er is niemand anders om zorg te dragen voor Anne en hij zou het ook niet willen. Maar wie draagt zorg voor hem? Alle tijd met zijn vrouw is een gouden tijd, maar elke mens heeft een breekpunt. Georges blijft strijden in de naam van liefde, maar hij is de balans kwijt tussen zorg geven en er krijgen. Exact daardoor sprak hij me aan. Ik kon me enorm identificeren met hem, ook al ben ik veertig jaar jonger en is de adem van de dood nog in geen velden te bespeuren.

Het schrijn van liefde

Wat vanzelfsprekend is aan de dood, is haar onafwendbaarheid. De kijker laten gissen over de afloop van dit verhaal is dan ook zinloos. Haneke opent zijn film met de brandweer die binnenbreekt in het appartement, waar ze de overleden Anne vinden in bed. Bloemen werden als in een schrijn rond haar gestrooid en haar handen liggen in elkaar gevouwen. Niemand weet waar Georges is.

Vervolgens springen we een eind terug in de tijd en krijgen we te zien hoe de twee geliefden tot het punt van de dood kwamen. De tocht van de aftakeling blijkt verschrikkelijk te zijn. Dit is geen verrassing, maar het is een besef dat de kijker uit de weg wil gaan. Want die teloorgang is een werkelijkheid die we met tegenzin onder ogen zullen moeten komen – dat is trouwens als we al het geluk hebben zo oud te mogen worden.  

Ik ben me bewust van het contrast met de film van een paar weken terug, ‘Le Scaphandre Et Le Papillon’. Die film sprak over hoop en vierde de pracht van het leven, ondanks het lichamelijk leed. ‘Amour’ gaat de tegenovergestelde richting uit en toont het pijnlijke einde van het leven en de liefde. De hopeloosheid die verwezen zit in de film, is zwaar om te torsen. Het mag duidelijk zijn: Michael Haneke is geen optimist.

De gebroken cocon

Grandioos aan ‘Amour’ is dat Haneke ervoor kiest om de relatie te visualiseren aan de hand van een relatiecocon, wat ook aan bod kwam in het eerder besproken ‘Mandy’. Een liefdesrelatie kan geschetst worden als twee mensen in een hechte bubbel, afgezonderd van een tumultueuze wereld. Hun samenzijn is als een stap weg van de dagdagelijkse hectiek, naar een zen-oord waar zij samen tot rust kunnen komen: een thuis. Er is iets heel innemends en teders aan die mentale afzondering. De thuis van twee partners in beeld brengen, is een uitstekende en rijke metafoor voor de relatie an sich.

Het appartement van Anne en Georges is een filmische verbeelding van hun relatiecocon. Het verhaal speelt zich zo goed als integraal af binnen de muren van hun woning, waarbij de dood de deur wil intrappen. Haneke speelt hier een aantal keer op in. Tijdens de openingsscène beukt de brandweer de deur in. Iets later in de film is er een inbraakpoging in het appartement. De nadrukkelijke zorg die de buren bieden, voelt bijna invasief. Een van Anne’s verpleegsters blijkt gemeen te zijn. Georges heeft ook een nachtmerrie over een schoft die ’s nachts aanbelt. Het zijn stuk voor stuk dreigingen van buitenaf die inbeuken op de relatie, net zoals de lichamelijke aftakeling dat doet. Haneke is efficiënt in zijn ingrepen om dat onderwerp – de ondergang van de relatiecocon – symbolisch te verweven in het verhaal.

Tranendal

Michael Haneke heeft met dit liefdesdrama zowat de meest hartverscheurende film mogelijk gemaakt, die ons allen aanbelangt. We willen vrijwel allemaal in een liefdevolle cocon zitten met onze partner, een thuis waarin we het leven kunnen delen met elkaar. Weten dat dit eindig is, is een uitdaging om mee om te gaan. Volop genieten is alvast een manier om onze gedachten bij de vreugde van het leven te houden, in plaats van bij haar finaliteit.

Ik probeer mezelf aan te leren dat de dood niet iets is om schrik voor te hebben. Dit kost tijd, maar het is een boeiend proces. Omgaan met aftakeling is helaas moeilijker. Haneke zegt me dat het gewicht van dit alles verpletterend is. In zijn verstikkend nihilisme – maar tegelijkertijd ook door zijn geloof in de liefde – houdt hij mijn hoofd in een wurggreep en verplicht me te kijken naar het desastreuze. In ‘Amour’ is de tocht naar de dood geplaveid met angst en treurnis. De wanhoop is compleet, de eenzaamheid allesomvattend. Arme Georges en arme Anne. Maar wat een film.

Waar te zien? Streaming (Sooner, CineMember) of VOD (Amazon Prime Video, AppleTV, Google Play).

Verscheen eerder in deze reeks:

8) ‘Memoria’ (Apichatpong Weerasethakul, 2021)

9) ‘Le Scaphandre Et Le Papillon’ (Julian Schnabel, 2007)

10) ‘Blonde’ (Andrew Dominik, 2022)

11) ‘Oldboy’ (Park Chan-wook, 2003)

12) ‘The Lord Of The Rings: The Fellowship Of The Ring’ (Peter Jackson, 2001)

13) ‘Mulholland Drive’ (David Lynch, 2001)

14) ‘La Grande Bellezza’ (Paolo Sorrentino, 2013)

15) ‘Enter The Void’ (Gaspar Noé, 2009)

16) ‘Suspiria’ (Luca Guadagnino, 2018)

17) ‘Gunda’ (Victor Kossakovsky, 2020)

18) ‘Mandy’ (Panos Cosmatos, 2018)

19) ‘Altiplano’ (Peter Brosens & Jessica Woodworth)

20) ‘Spirited Away’ (Hayao Miyazaki, 2001)

21) ‘Silence’ (Martin Scorsese, 2016)

22) ‘Hable Con Ella’ (Pedro Almodóvar, 2002)

23) ‘The Rider’ (Chloé Zhao, 2017)

24) ‘Hunger’ (Steve McQueen, 2008)

25) ‘Good Time’ (Josh & Benny Safdie, 2017)

Related Images: