Over de grenzen van klank – Dvořák opnieuw ontdekt op het Masterpiece Festival
Het Masterpiece Festival in Groningen bracht dit jaar Dvořáks Negende Symfonie, ‘Uit de Nieuwe Wereld’, tot leven in al haar gelaagdheid. Met lezingen, workshops, wereldmuziek en een meeslepende uitvoering door het Noord Nederlands Orkest onder leiding van Bar Avni werd de componist niet alleen beluisterd, maar begrepen. Een festival dat klassieke muziek over de grenzen van stijl en tijd heen tilt.
De Tsjechische componist Antonín Dvořák (1841–1904) wordt vaak gezien als een muzikale bruggenbouwer: iemand die de rijke volksmuziek van zijn geboorteland wist te verweven met de symfonische traditie van West-Europa. Zijn beroemde Negende Symfonie, gecomponeerd tijdens zijn verblijf in Amerika, weerspiegelt precies dat spanningsveld tussen oud en nieuw, tussen thuis en het onbekende.
Het Masterpiece Festival, een samenwerking tussen het Noord Nederlands Orkest (NNO) en SPOT Groningen, maakte van dit thema de rode draad door een dag vol lezingen, optredens en workshops. De formule is even origineel als laagdrempelig: bezoekers dwalen als in een carrousel langs verschillende zalen en onderdelen, zonder iets te hoeven missen.
De dag opende met een toegankelijke lezing-concert door NPO-presentator Sander Zwiep en dirigente Bar Avni. Aan de hand van fragmenten, gespeeld door een klein ensemble van het NNO, werd Dvořáks meesterwerk laag voor laag blootgelegd.
De vergelijking met filmmuziek – een motief dat opvallend veel weg heeft van Jaws – zorgde voor een glimlach, maar vooral voor inzicht in hoe universeel en tijdloos Dvořáks klanktaal is.
Onder de titel “Over de Grenzen” werden uiteenlopende perspectieven geboden op het thema migratie en culturele kruisbestuiving. Een Iraans-Balochisch trio bracht ingetogen volksmuziek waarin melancholie en hoop elkaar afwisselden – een subtiele verwijzing naar Dvořáks eigen gevoelens van heimwee in het verre Amerika.
Het Ragazze Kwartet belichtte onder de noemer “But Not My Soul” muziek van zwarte vrouwelijke componisten, terwijl het ZO! Gospel Choir de zaal vulde met warme, ritmische gospels die direct teruggrepen op de Afro-Amerikaanse spirituals die Dvořák zo inspireerden.
In een meer experimentele hoek liet Merlijn Wackers bezoekers ervaren hoe muziek kan ontstaan zonder instrumenten: met alleen stemgeluiden werden klassieke klanken gereconstrueerd, een knipoog naar de vrouwenkoren uit Japanse interneringskampen die op vergelijkbare wijze muziek in leven hielden.
Het hoogtepunt van de dag was uiteraard de uitvoering van Dvořáks Negende Symfonie door het Noord Nederlands Orkest, opnieuw onder leiding van Bar Avni. De jonge dirigente leidde het orkest met een aanstekelijke mix van precisie en expressie. De energie waarmee ze dirigeerde – en haar warme gebaar om na afloop ieder orkestlid persoonlijk te bedanken – typeerde de verbindende geest van het festival.
Dankzij de vele contextuele programmaonderdelen voelde de uitvoering als een finale waarin alle puzzelstukjes samenkwamen. Dvořáks muziek klonk vertrouwd en tegelijk nieuw: als een reis tussen werelden waarin de luisteraar zelf even migrant wordt.
Het Masterpiece Festival bewijst dat klassieke muziek geen afstandelijke kunstvorm hoeft te zijn. Door context, interactie en diversiteit centraal te stellen, weet het festival niet alleen kenners, maar juist ook nieuwsgierige nieuwkomers te raken.
Een geslaagde editie die Dvořáks boodschap – muziek als universele taal – overtuigend tot leven bracht. Groningen heeft er met dit festival een muzikaal pareltje bij dat smaakt naar meer.
Onze website gebruikt cookies om u een optimale surfervaring aan te bieden. Door verder te gaan accepteert u het gebruik van cookies. Voor meer informatie, lees onze Cookie Policy.