Black Midi verzet de bakens op ‘Cavalcade’
Black Midi, ‘Cavalcade’
Er is veel veranderd sinds het Britse Black Midi in 2019 als een roedel jonge, onstuimige honden enthousiast de hele buurt wakker blaften op hun uitstekende debuut ‘Schlagenheim’. Hun spannende, vooruitstrevende mix van post-punk met vleugjes Slint en Frank Zappa gaf het ingedutte (of was het nu comateuze?) rockgenre in ieder geval een flinke schop onder de kont. En het werkte aanstekelijk: bands als Squid, Dry Cleaning en Black Country, New Road doen sindsdien enthousiast hun eigen ding met de blauwdruk van Black Midi.
Een heleboel mensen waren dus erg tevreden met ‘Schlagenheim’, maar… Black Midi zelf niet. De band gaf zelfs aan hun tweede plaat uitgekiender te willen uitwerken dan het van improvisaties aan elkaar hangende debuut. Als dat maar goed gaat!
Bevredigende chaos
Hoe blijf je de getalenteerde concurrentie een stap voor? Door niet in je comfort zone te blijven gaarkoken maar zelf de bakens te verzetten, natuurlijk! ‘Cavalcade’ klinkt inderdaad net wat minder spontaan dan het debuut, maar dat wil niet zeggen dat Black Midi aan kracht of spelplezier heeft ingeboet. De lijnen zijn dan wel scherper uitgezet, maar daartussenin zit er nog steeds een heerlijke gekte, een bevredigende chaos. ‘John L’ bijvoorbeeld, dat na enkele seconden al helemaal stilvalt, dit plagerig net iets langer dan je op voorhand had gedacht volhoudt, om er daarna twee keer zo hard weer in te vliegen. Nee, ze zijn het zeker nog niet verleerd. Mogen we Fugazi ook nog even toevoegen aan de lange lijst bands waarmee Black Midi al vergeleken is op het wereldwijde web?
Tegelijkertijd is er op ‘Cavalcade’ ook meer plaats voor het dromerige kantje van Black Midi, dat op het debuut nog een b-rol speelde. Songs als ‘Marlene Dietrich’ en ‘Diamond stuff’ zijn prachtige rustpuntjes die in al hun beheerste gelaagdheid in één klap tonen hoeveel de mannen van Black Midi werkelijk in hun mars hebben.
“Kom, laten we de luisteraar eens flink uitdagen”
‘Cavalcade’ luistert op haar beste momenten als een spannende progrock-plaat uit de vroege jaren ’70, voordat het genre later in dat decennium een pronkerige parodie op zichzelf werd (laten we hopen dat het met Black Midi anders verloopt!). Dezelfde ‘uitgekiendheid’, hetzelfde gevoel voor avontuur en ‘laten we de luisteraar eens even flink uitdagen’-spirit die elkaar niet in de weg zitten, maar juist versterken. De mindere momenten komen wanneer deze elementen niet helemaal juist samenkomen, wat zeker naar het einde toe wel een paar keer gebeurt. Dan gaat ‘Cavalcade’ plots toch wat omslachtig en pompeus klinken. Met name afsluiter ‘Ascending forth’ heeft hier last van. Werkpuntje wat ons betreft.
Geen perfecte plaat dus, maar wel een zéér straffe. ‘Cavalcade’ verlegt grenzen, zowel van Black Midi zelf als van de stroming die ze mee uit de grond hebben gestampt. We zijn nu al razend benieuwd hoe deze hyper-getalenteerde band zich verder evolueert: het zou zomaar kunnen dat er nog een vijfsterrenplaat inzit. Maar voorlopig zijn we wel nog even zoet met deze.