Joseph Roth: eeuwig oud, reactionair en pessimist
Keiron Pim, ‘Eindeloze vlucht’
Joseph Roth (1894-1939) was niet enkel een talentvol journalist, maar meer nog een briljant schrijver. De jongste jaren staat hij dankzij nieuwe vertalingen weer in de belangstelling. ‘Eindeloze vlucht’ een biografie van de Engelse journalist Keiron Pim zorgt er wellicht voor dat weer belangstelling wordt gewekt voor zijn oeuvre.
Roth werd in 1894 geboren in Brody, een stadje in Galicië – momenteel Oekraïne – destijds behorend tot de Habsburgse Dubbelmonarchie. Hij was de zoon van een mislukte handelaar die voor Roths geboorte al gek was geworden. Toen hij jaren later een foto van zijn vader te zien kreeg, schreef hij: ‘Ik kende hem al. Het was de man uit mijn droom.’ De jonge Joseph werd opgevoed door zijn moeder, Maria Grübel. Een Duitssprekende vrouw uit een joodse familie van handelaren. Over zijn afkomst heeft hij zich altijd geschaamd. Hij noemde zichzelf de laagste aller joden. Een beeld dat hem zijn hele leven bleef achtervolgen. Opmerkelijk is dat hij zich af en toe, in tegenstelling tot zijn essay ‘Joden op drift’, laatdunkend zelfs antisemitisch durfde uit te laten tegenover medejoden.
Robert Musil bewonderde zijn talent
Dat hij ooit schrijver zou worden wist hij al lang. Na de Eerste Wereldoorlog – hij vervulde zijn dienstplicht niet aan het front maar in een bureau voor censuur – werd hij reporter bij ‘Der Neue Tag’, een Weense krant. Het is de gelukkigste periode uit zijn leven. Hij was een rijzende ster en deelde zijn leven met Friedl Reichler. Een aantrekkelijke vrouw die ervoor zorgde dat hij minder dronk. Hoe succesvol en gegeerd hij als journalist was blijkt uit zijn buitenlndse reportages. In opdracht van ‘Frankfurter Zeitung’ doorkruiste hij de Sovjet-Unie en verbleef hij in Italië toen Mussolini er aan de macht was. Toch ging zijn grote liefde naar de literatuur uit.
Wie de naam Joseph Roth laat vallen associeert hem vrijwel automatisch met ‘Radetzkymars’ (’32). Zijn internationale faam heeft hij vooral te danken aan ‘Job’. Een roman waarmee hij groot respect van andere schrijvers – Robert Musil bijvoorbeeld – wist af te dwingen. ‘Radetzkymars’ gaat over de teloorgang van de Oostenrijkse-Hongaarse Dubbelmonarchie. Het boek, inmiddels een klassieker, is zonder meer een kantelmoment in zijn schrijverscarrière. Het verlies van een hoofdstuk van deze roman in een taxi ontreddert hem. Hij gaat nog meer drinken, verliest vrienden uit het oog en verwaarloost het contact met zijn uitgevers. Maar een man laat hem niet in de steek: Stefan Zweig. Een jarenlang vriend die hem altijd blijft steunen, maar niet aarzelt om hem terecht te wijzen.
Stefan Zweig, zijn eeuwige toeverlaat
Als Zweig genoeg heeft van zijn spilzucht en paranoia schrijft hij hem dat hoe groot hij als schrijver ook is, hij een kleine arme jood is. Omdat hij ervan overtuigd was dat het hem zal raken staat in zijn brief letterlijk te lezen:
‘U hebt slechts één verplichting, u moet goede boeken schrijven en zo weinig mogelijk drinken, zodat wij u niet verliezen en zodat u ook u zelf niet verliest. Ik vraag u in alle vriendschap om geen krachten te verspillen aan zinloze weerstand, om niet kwaad te worden op anderen, eerlijke zakenlieden die normaal en rustig rekenen, terwijl u zelf nooit goed hebt kunnen rekenen.’
Ondanks deze schriftelijke reprimande werd Roth in 1936 door vriend en geldschieter Zweig in Oostende, waar toen een groep schrijvers in ballingschap verbleef, uitgenodigd. Zijn verblijf aldaar was niet zomaar een vluchtige passage. In een brief van 18 juli 1937, gericht aan Zweig schrijft hij onder andere:
`Oostende zonder u. Dezelfde restaurants en cafés en allemaal toch zo anders. Zo vreselijk vreemd en vertrouwd tegelijk. Uiteindelijk ontmoeten ze elkaar later in Wenen waar Roth er als een pafferige zuiplap bijzit.’
Het ellendige leven van Friedl Reichler
Vrouwen, ze hebben zijn hele leven lang een belangrijke rol gespeeld. Het was vooral onder impuls van zijn vriendin Friedl Reichler dat hij minder dronk en anders ging schrijven. Bang om zijn vrijheid te verliezen zag hij een huwelijk met haar niet meteen zitten. Het duurde tot in 1922, het jaar waarin hij de Oostenrijks nationaliteit had bekomen, dat hij in Wenen met haar trouwde. Een huwelijk dat tot mislukken was gedoemd. Roths vele reizen en het gevoel dat hij vreemd ging bezorgden haar angstgevoelens. Al vlug bleek dat ze alle contact met de buitenwereld had verloren, waarna ze met symptomen van schizofrenie in een instelling werd opgenomen. Pas in 2011 kwam aan het licht dat ze met andere patiënten in een gaskamer om het leven is gekomen.
Keiron Pim heeft met ‘Eindeloze vlucht’ een gelaagde en stevige gedocumenteerde biografie van Josph Roth afgeleverd. Een man die voortdurend op vlucht was voor de nazi’s, in geldnood verkeerde en op de vlucht voor zichzelf als drankorgel aan zijn einde kwam. Een schrijver die zich ooit tegenover zijn uitgever Kiepenheuer als eeuwig oud, reactionair, rechtdoorzee, pessimist en onrechtvaardig omschreef.