‘The New Rambo Generation’: Fighting Machines or Slapstick Superheroes?

‘The New Rambo Generation’: Fighting Machines or Slapstick Superheroes?
The New Rambo Generation (c) Saris & den Engelsman

YoungGangsters, ‘The new Rambo generation’ 4 out of 5 stars

They are strong, they are brave and they are fighting for your freedom! Tonight YoungGangsters proudly present to you: ‘The new Rambo generation’! 

Gebaseerd op de welbekende Rambo-films, beleven we vanavond op Het Stenen Hoofd in Amsterdam een spectaculaire on-stage gebrachte actiefilm over de Vietnamoorlog. Een hero-movie van het zuiverste soort inclusief ontblote gespierde basten, broederschap en een hoop bloedvergieten in the name ofGod and Country

Lotte Bos en Annechien de Vocht, beiden afgestudeerd aan de Toneelacademie Maastricht, ontwikkelden in de afgelopen jaren een eigen genre onder de noemer ‘vechttoneel’. Met hun fascinatie voor ongebreideld geweld, lieten zij in hun voorstellingen al vele volkeren met elkaar op de vuist gaan. Zo brachten ze met ‘Too many yellow men’ een kung-fu spektakel op de planken en konden we in ‘When the shit hits the fan’ zien hoe Texaanse trailer trash elkaar uit de spreekwoordelijke binnenvoering sloeg. In ‘The new Rambo generation!’ is het ditmaal de beurt aan de Amerikaanse Vietnamveteranen. 

Vanavond worden we warm onthaald op de ‘Vietnam remembrance day 2013’ (‘twothousandandthirtéééén!’) waar de laatste overlevende van de war for justice met een standbeeld geëerd zal worden. Terwijl Nick Bos in de rol van de inmiddels bejaarde veteraan Cortel op geestige wijze zijn dankwoord prevelt, worden we meegenomen in zijn herinneringen aan de roerige tijden aan het front. Wat volgt is een wervelend vechtspektakel waarin – met het nodige gooi-en-smijtwerk en special effects – de clichés van de Amerikaanse oorlogshelden in rap tempo voorbij marcheren.

Moedige lijf-aan-lijf gevechten, mitrailleurs en bomexplosies, maar ook de ‘Stars and Stripes’, de brieven van het thuisfront en de tranen om een gevallen wapenbroeder passeren de revue. De slapstickachtige gevechten, de rondvliegende spetters rode verf en de vet aangezette persiflages maken het een oprecht komische voorstelling. Opzwepend zelfs. Al gauw zit het publiek feestelijk mee te zwaaien met de Amerikaanse vlaggetjes die zijn uitgedeeld en stemmen we mee over leven en dood van een zogeheten ‘gook’. 

Toch zitten we niet te kijken naar een kritiekloze komedie. Onder de kreet: ‘I love the fucking war and the war loves fucking me!’ zien we de jonge helden verworden tot bloeddorstige moordmachines. Daarbij zijn de beelden waarmee deze voorstelling gelardeerd is, hiervoor té geladen. Scènes waarin soldaten zich breedlachend laten fotograferen naast geknevelde en gemartelde krijgsgevangenen doen ons denken aan beelden die nog vers in het geheugen staan uit de Abu Ghraib-gevangenissen. Maar ook het beeld van het napalm meisje als icoon van de wreedheden in Vietnam wordt opgevoerd. Dit tegen een achtergrond van de huidige situatie in Syrië, maakt de voorstelling – ondanks de luchtige insteek – ook een licht ongemakkelijke of op zijn minst ‘actuele’ voorstelling. Want zijn degenen die midden jaren zeventig inzagen immoreel gehandeld te hebben niet de (groot)vaders van de jongens die kort geleden in naam van deze zelfde God and Country opnieuw grote wreedheden begingen? 

Toch is deze voorstelling vooral om te lachen. En waarom ook niet: lachen loutert. En dat aan een zekere zielenloutering soms de nodige vrees en medelijden vooraf moet gaan, dat wisten de Grieken al. Bovendien is de energie, het komisch talent en het spelplezier dat van de jongens afstraalt een genot om naar te kijken. Lof voor de jongens en lof voor de meiden die deze jonge woestelingen wisten te temmen.

Gezien op 08/06/2013 op het Stenen Hoofd, Amsterdam.

Related Images: