Mads Mikkelsen trotseert de elementen in ‘King’s Land’
‘King’s Land’ (2023)
Dankzij een indrukwekkende cinematografie en een beklijvende Mads Mikkelsen schopte het Deense ‘Bastarden’, ofte ‘King’s Land’, het tot de shortlist van de Oscars. Het op historische feiten gebaseerde drama zag een nominatie uiteindelijk door de neus geboord.
De droom van de koning
In de openingsscène van ‘King’s Land’ mogen we meteen de ontembare karakterkop van Mads Mikkelsen bewonderen. Als de 18de-eeuwse kapitein Ludvig von Kahlen corrigeert hij de plooien in zijn voorts onberispelijke uniform, terwijl hij zich opmaakt voor een gesprek dat zijn leven zal veranderen. De machtige, met goud beklede muurschilderingen van het paleis waar dit moment zich afspeelt, zorgen al meteen voor een oogstrelend begin. De schoonheid van cinema in slechts enkele shots.
De missie van Ludvig? Hij wil het Deense hooggerechtshof ervan overtuigen hem na 25 jaar trouwe legerdienst een stuk land te schenken. Geen uitgestrekt landgoed of juweeltje in Kopenhagen, nee, een verlaten stuk steppe dat niemand bewoonbaar acht. Ver van de bewoonde wereld, dor en slechts een gure wind die je van schreeuwende stilte spaart. Ludvig wil er de wens van de koning laten uitkomen. Die droomt al jaren van een nederzetting in het gebied, maar zag er tot nu toe elke gezant op de limieten van het landschap botsen.
De kapitein vs. de grootgrondbezitter
De regisseur die de strijd van de patatten plantende Mikkelsen met zijn barre landbouwgrond in beeld brengt, luistert naar de naam Nikolaj Arcel. De Deen trekt de schoonheid van het begin door tot aan het einde. Mannen met pruiken en vrouwen met jurken worden afgewisseld met minstens even fraaie taferelen bij het werkvolk op het land.
Arcel is eveneens de man achter de geflopte Stephen King-verfilming ‘The Dark Tower’, maar verdient het vooral om herinnerd te worden voor ‘A Royal Affair’. De toen nog onbekende Alicia Vikander vertolkte de Deense koningin aan de zijde van een krankzinnige koning. Haar steeds groter wordende eenzaamheid werd getemperd door de dokter van het hof, gespeeld door… Mads Mikkelsen.
Ook in ‘King’s Land’ gaat de Deense kapoen aan de haal met de eenzame vrouw van een doorgedraaide hoge pief. Geen koning deze keer, maar Frederik De Schinkel (Simon Bennebjerg), een grootgrondbezitter uit de buurt. Een tiran buiten de muren van zijn kasteel, een narcist erbinnen. De Schinkel vindt dat hij recht heeft op de steppegrond en stelt alles in het werk om de plannen van Ludvig te dwarsbomen. Zo’n 250 jaar geleden liepen beide heren trouwens echt rond op de Scandinavische vlakten. De een-op-een-momenten waarin De Schinkel de onwrikbare Ludvig probeert te manipuleren en te vernederen zijn een genot om te volgen. Een mens vraagt zich af welke kracht het wreedst is. Die van de aardkloot of die van het gespuis dat erop rondloopt.
Redding uit onverwachte hoek
Waar de machine stokt, is bij de chemie die Mikkelsen en zijn vrouwelijke tegenspelers ontbreken. De rotsvaste devotie die hij toont voor een koning die hij nooit ontmoette, staat in schril contrast met de houterige interacties met zijn huishoudster en de vrouw van De Schinkel, die in hem een afleiding van hun sociaal isolement vinden. Hoe die relaties zich uiteindelijk ontwikkelen voelt ietwat wrang aan.
En toch is het een vrouw die ‘King’s Land’ van de middelmatigheid redt. De piepjonge Melina Hagberg – ze was amper acht jaar tijdens de opnames – weet als de stoutmoedige Anmai Mus Ludvigs stenen hart alsnog te doen smelten. Verschopt door de roversbende die haar opvoedde en gemeden door anderen omwille van haar donkere huidskleur heeft de kleine Anmai voor zichzelf leren opkomen. Haar brutale mond schrikt aanvankelijk ook Ludvig af, maar gaandeweg ontstaat er een speciale band tussen de twee.
De Oscarnominatie was te hoog gegrepen, maar dankzij het tweespel van Mikkelsen en de kleine meid onderscheidt ‘King’s Land’ zich finaal van andere historische drama’s die enkel teren op hun mooie plaatjes.
‘King’s Land’ speelt nu in de bioscoop.