Nagelaten stukken van een estheet

Nagelaten stukken van een estheet

Dirk Lauwaert, ‘Zelfportret’ 4 out of 5 stars

Het is goed dat af en toe iemand uit de vergetelheid gehaald wordt. Wie dit ten volle verdiend is Dirk Lauwaert (1944-2013). Een erudiet denker en essayist, die een grotendeels vergeten en verbluffend oeuvre heeft nagelaten. In ‘Zelfportret’ werden vijf autobiografische teksten van hem gebundeld, voorzien van een inleiding door Bart Meuleman.

Lauwaert heeft bij leven ontzettend veel geschreven. Geen onderwerp was hem vreemd. Over zowat alles had hij een uitgesproken, doorgaans kritische mening. Of het nu over film, beeldende kunsten, fotografie of architectuur ging, hij schreef erover in een voor iedereen verstaanbare taal. Wat hem in de eerste plaats dreef was anderen aan het denken zetten, hen overtuigen dat cultuur niet elitair was. Daarom had hij het in zijn beschouwingen zowel over Marilyn Monroe als de spraakmakende schilderijen van Goya, Manet als Francis Bacon.

Hij had een hekel aan agressie in films

Zijn eerste liefde was ongetwijfeld film, met een fascinatie voor Fred Astaire en Ginger Rogers. Twee sterren van het witte doek die hem nooit meer zouden loslaten. Maar ook Visconti en de nouvelle vague ontsnapten niet aan zijn aandacht. Honderden artikels publiceerde hij over het medium. Zijn specifieke aandacht voor de filmtaal zorgde er evenwel voor dat hij vanaf de jaren zeventig, toen het cynisme en agressie toenamen, zijn belangstelling voor film aanzienlijk verminderde.

Het zorgde ervoor dat zijn interesse naar de fotografie verschoof, richting de bekende Franse school met iconen als Cartier-Bresson en Lartigue en de Amerikaanse street photography van de jaren vijftig en zestig.

Waarover hij ook schrijft, er is altijd die ene constante: het zich laten leiden door strenge, doorgaans klassieke opvattingen. Photoshop zou bijvoorbeeld in zijn optiek absoluut geen genade gevonden hebben. Dat geldt eveneens voor zijn stevig onderbouwde stukken over kunstenaars als Degas, Vermeer, Hopper of Bacon. Kunst met het accent op het sensuele, het sensorische altijd vertrekkend vanuit de ervaring. Vandaar dat conceptuele kunst bij hem geen genade vindt.

Zinvolle zinnen over kleding

Het vocabularium van de kledij. Er is zelden zo objectief over geschreven als door Lauwaert, die alles op een bijna academische manier analyseert. De technische couture en de vaak holle retoriek van de promotie.

‘Het eerste is er een van termen, het tweede bestaat uit zinnen. Het eerste ondersteunt het handwerk, het tweede het verlangen. Het is eerste is het patroonboek, het naaiatelier het tweede toont zich in de vitrine, op de catwalk, in het modetijdschrift, op de modefoto.’

Het sterkst is hij als essayist in ‘De arm om zijn schouder’, waarin hij filosofeert over liefde en vriendschap. Met verwijzingen naar Don Giovanni en ‘Madame Bovary’ ontwikkelt hij vervolgens een eigen gedachtegang over trouw, liefde en vriendschap.

‘Het lichaam van de vriendschap is transparant en gewichtloos. Het is een lichaam doordrongen van denken. Het lichaam van de geliefde en dat van het kind stemmen tot droefheid omdat ze zo kwetsbaar aan de tijd zijn overgeleverd. Het lichaam van de vriend eigenlijk niet.’

Het openen van het lichaam

In tegenstelling tot de meeste essays die niet in de eerste persoon enkelvoud geschreven zijn, gaat hij in ‘De Niet Meer Gezonde Man’ voluit voor de ik-vorm. Het is een hard, genadeloos stuk over zijn hersentumor. Hier treedt een man naar voren die alle illusies heeft laten varen, maar toch de energie opbrengt om zijn naderend einde in snijdende zinnen neer te schrijven. Hoe paradoxaal klinkt het als hij noteert dat hij het succes in de behandeling nevenzaak vindt, maar de schade aan het dagelijkse leven hoofdzaak is.

‘Arts en militair leren beiden iets te doen waar je in de normale wereld voor in de cel komt. Het vergieten van bloed. Het openen van het lichaam. Dat de een daarmee wil doden en de andere wil genezen verandert niets aan de techniek: bloed laten vloeien. De arts is uit zeer bijzonder hout gesneden.’

De in ‘Zelfportret’ vijf verzamelde essays zijn van een zeldzaam hoog niveau. Of Lauwaert het nu heeft over zijn kleding, zijn vader of vriendschap, er is altijd zijn lucide blik op dingen en mensen die hij in rake volzinnen weet om te zetten. ‘Zelfportret’ verdient zonder meer een ruim lezerspubliek.

Related Images: