Met ‘De Overlevenden’ heeft de Zweed Alex Schulman een zomerhit te pakken
Alex Schulman, ‘De Overlevenden’
23u59. Een ambulance is op weg naar een zomerhuisje:
“Wat zich hier op de stenen trap afspeelt, de tranen van de drie broers, hun gezwollen gezichten en al het bloed, is slechts de buitenste ring in het water, degene die het verst verwijderd is van het inslagpunt.”
Het zomerhuisje aan een meer is de afgelegen plek waar drie broers, Nils, Benjamin en Pierre samen met hun ouders hun jeugd doorgebracht hebben.
Schulman wekt hun jeugd tot leven met een zowel indringende als beklemmende sfeer. De jonge broers zwemmen in het koude water, ravotten, lezen strips, luisteren naar muziek en trekken het dennenbos in. Echter: moeder blijkt in zichzelf gekeerd en heeft regelmatig mood swings, terwijl vader enige competitie tussen de broers tracht aan te wakkeren, maar net als moeder op zichzelf terugplooit.
De laatste wens van een moeder
Het keerpunt is de dood van hun moeder. Bij het opruimen van haar appartement vinden de broers, terug verenigd nadat ze als volwassenen elk een eigen leven uitgebouwd hebben, een brief. Daarin uit zij de wens dat haar zonen terugkeren naar het zomerhuisje om de asresten uit te strooien. Eenmaal daar komen bij de broers talloze herinneringen aan hun gezamenlijke verleden weer naar boven. Wie waren ze? En vooral ook : wat heeft er zich juist afgespeeld toen die ene zomer, zovele jaren terug?
Slimme fictie
Intussen is “De Overlevenden” zowat hét zomerboek van 2021. Dat heeft wellicht veel te maken met de compactheid van deze roman. Maar evenzeer met de grote beheersing en verfijning waarmee Schulman dit verhaal optekent. Zo slaagt hij erin om van meet af aan langzaam maar zeker spanning op te bouwen en de lezer nieuwsgierig te maken naar wat er zich die zomer heeft afgespeeld.
De Zweedse schrijver pakt het erg handig aan. Hij vermengt de romanvorm met elementen uit thrillers en detectives. Daarmee vloert hij aan het einde van het ogenlijk zomerse “De Overlevenden” de lezer met een uppercut van jewelste. Erg, erg geslaagd. Al heeft dat zeker ook te maken met Schulmans’ sobere, trefzekere schrijfstijl en met de manier waarop hij, die in eigen land vooral bekendheid verwierf met sterk biografisch getinte non-fictie en podcasts, spanning weet op te bouwen en die tot een climactisch ‘point of no return’ brengt. Héérlijk, toch?