De Vries rijt oude wondes open in ‘De bakvis’
Nadia de Vries, ‘De bakvis’
‘Rouw is een parasiet’. In haar debuutroman ‘De bakvis’ beschrijft De Vries het verhaal van Distel Nooitgedacht en de rouw om haar vader, die haar achtervolgt in de vorm van monsters. Monsters die alleen zij ziet weliswaar, en die langzaamaan haar leven verder beheersen: ‘De wezel die ik op de begrafenis had gezien, die bleef me bezoeken. Op en dag nam hij zelfs vrienden mee. Met z’n vijven kropen de wezels over mijn kleren, mijn boeken, mijn bed.’
Heimwee naar kinds onschuld
20 jaar na de dood van haar vader slaat de rouw toe. Als jong meisje besefte Distel nog niet volledig de impact van deze gebeurtenis maar nu neemt het haar leven volledig over. Ze wordt achtervolgd door wezels en trauma’s uit haar verleden. Ze denkt terug aan de gedurfde naaktfoto’s die ze maakte als veertienjarige – toen ze nog zorgeloos door het leven ging, als bakvis. In een wanhoopspoging besluit ze dat onschuldige meisje terug te belichamen door haar foto’s te verkopen op een website. De Vries beschrijft het gebeuren beeldend, zowel met humor als enige ernst. Want in Distels hoofd verloopt alles verre van normaal en De Vries zuigt ons daarin mee.
Ik was bang dat ik mijn puberteit had verkwist aan rouw en andere donkere dingen. Nog even en mijn meisjesfiguur zou verdwijnen in striaescheuren en heupdeuken. Daar was ik nog niet klaar voor. Ik wilde mijn meisjesfiguur vasthouden zo lang als ik kon, alsook de identiteit die erbij hoorde…. Ik wilde jong zijn en roekeloos en wild. De toekomst, met al haar lelijke verplichtingen, moest zo lang mogelijk worden uitgesteld.
Als lezer zie je het al van ver aankomen: het forum blijkt een grimmige wereld te zijn. Al snel wordt Distel geconfronteerd met het feit dat ze niet langer het jonge meisje is vanop de foto’s. Want hoe kan ze aan het forum bewijzen dat de foto’s van haarzelf zijn en dat ze geen oplichter is? De Vries neemt ons in ‘De bakvis’ mee naar de absurde realiteit achter de ironische discussies tussen Distel en de platformbeheerders.
Op het randje van verdriet
Geconfronteerd met heimwee naar haar kindertijd, raakt Distel steeds dieper in een psychose. Ze loopt naakt door haar flatgebouw, praat tegen onzichtbare wezens. ‘De bakvis’ illustreert knap hoe jeugdtrauma’s diepe littekens achterlaten. Op te jonge leeftijd moest Distel volwassen worden en vanaf toen kon ze zich niet meer kinds gedragen. Ze zit vast in haar lichaam.
De thematiek kan niet anders dan je raken, ook al blijft er enige afstand. Soms neemt het analyserende de bovenhand in De Vries’ beschrijvingen van de mentale toestand van Distel. Gelukkig weet De Vries ons te bekoren met haar rijke zinnen en raak gekozen woorden. Haar taalvirtuositeit schittert van begin tot einde.
Onverwerkt gemis
In een dun boekje ontleedt en beschrijft De Vries grondig het verdriet van Distel. Het laat ons achter met ongemak en geeft stof tot nadenken. ‘De Bakvis’ leest namelijk ook als een kritische roman over therapie en rouwverwerking. Wanneer is therapie succesvol? Wanneer kan je een trauma echt verwerken? Hoe kan je ooit verder geraken na een verlies van een dierbare? De Vries confronteert ons met interessante bedenkingen over de zwaarte van onverwerkt verdriet. Over traag rouwen. Voor ons dan ook een geslaagd debuut.
Rouw is een eindig proces, zeggen ze. Er overlijdt iemand, er verdwijnt iets (een verbintenis, een toeverlaat) en degene die achterblijft moet plaatsmaken voor de leegte. Maar hoe maak je plaats voor de leegte? Hoeveel ruimte neemt ‘leegte’ in?