Ben Gijsemans’ ‘Aaron’ is ongemakkelijk goed
Ben Gijsemans, ‘Aaron’
Welgeteld zes jaar na debuut ‘Hubert’ introduceert Ben Gijsemans zijn nieuwe protagonist Aaron in de gelijknamige graphic novel. Dit keer mocht het wat lijviger en luxueuzer met een linnen kaft en koos Gijsemans voor wat verjonging. Zijn ongewone kijk op het stripmedium behield hij en kreeg bovendien ruimte tot ontwikkeling.
Aaron is net twintig en spendeert zijn zomer thuis, studerend voor zijn herexamens. Behalve het feit dat het niet altijd makkelijk is je te concentreren wanneer anderen zich vooral ontspannen, leiden ook verwarrende gevoelens voor een jongetje dat regelmatig komt voetballen op het grasveldje onder zijn raam, hem af. Hij zoekt verlichting in zijn verzameling superheldenstrips, maar wanneer hij er een weekendje op uit trekt met zijn broer, diens vriendin en haar zoontje, komt alles in een stroomversnelling. Aaron moet het onvergeeflijke toegeven aan zichzelf en raakt volledig verstrikt in zijn gevoelens.
Met zijn tweede graphic novel kiest Gijsemans dus niet voor het gemakkelijkste onderwerp. Al is dat, ondanks de gevoeligheid ervan, niet waar het verhaal echt om draait. Dat zijn veeleer de eenzaamheid en innerlijke strijd van Aaron. Net als in ‘Hubert’ zoomt Gijsemans sterk in op zijn protagonist. Zo komt diens binnenkant, vaak onuitgesproken, evenzeer bloot te liggen. Waar het nog onschuldig lijkt te beginnen met wat afgeleide blikken naar een spelend kind, krijg je al snel het onbehaaglijke gevoel dat Aaron meer dan een gezonde interesse in hem heeft. Hij beseft zelf maar al te goed hoe verkeerd dat is en probeert de waarheid op allerlei manieren te ontvluchten. Hij sluit zich af van zijn omgeving met herexamens als welkom excuus, maar wordt daardoor ook juist degene waar hij steeds tegenaan botst.
De comics die hij regelmatig openslaat, bieden steeds minder soelaas en dat merk je ook aan de fragmenten die Gijsemans integreert. De superhelden raken telkens opnieuw in gevechten verwikkeld terwijl ze strijden om hun eigen eer of die van de obligate damsel in distress te redden. De slechterik blijft hen op alle mogelijke manieren uitdagen en lijkt nooit definitief verslagen te kunnen worden. Sluimerend onder de oppervlakte blijft het kwaad aanwezig.
Gedwongen vertragen
Ook op vormelijk vlak trekt Gijsemans de registers dus open met wat experiment. De superheldenstrips blinken dankzij de typische povere inkleuring en clichématige, energieke taal, uit in middelmatigheid. Door die lichtheid vormen ze de perfecte breuklijn met Aarons verhaal en illustreren ze des te meer de last waar hij onder gebukt gaat. Dat die zwaar is, weet Gijsemans immers prachtig weer te geven met zijn filmische stijl met veel ruimte tot interpretatie. Een korte actie wordt prentenlang uitgerekt over een volledige pagina; Aarons twijfel, onzekerheid en wrevel liggen onder het vergrootglas. Beeld is in dit geval dan wel ingevuld, de rest is dat allerminst. Je wordt gedwongen te vertragen en elke tekening te laten vertellen wat die wil vertellen.
Met ‘Hubert’ had Gijsemans destijds het plan een soort trilogie te starten en ‘Aaron’ past alvast perfect in het rijtje. De thema’s van toen, het oog voor detail, de traagheid zijn niet alleen gebleven, maar vonden hun plaats in een verhaal dat er zich nog beter toe leent, waardoor hun ware kracht helemaal tot uiting komt. Wij kunnen alvast niet wachten tot het derde deel verschijnt!
Laureaat van Stripjaaroverzicht 2020!