Van Reybrouck dekoloniseert het klimaatdebat

Van Reybrouck dekoloniseert het klimaatdebat

David Van Reybrouck, ‘De kolonisatie van de toekomst’ 3 out of 5 stars

Meer dan ooit staat onze Aarde onder druk. We moeten actie ondernemen, ook als het ons richting burgerlijke ongehoorzaamheid leidt. Aan de vooravond van een immense klimaatcatastrofe is de noodzaak van een duurzame en sociale transitie onafwendbaar, zo benadrukt historicus David Van Reybrouck in zijn boek ‘Kolonisatie van de toekomst’.

Aan de vooravond van een klimaatcatastrofe

Tegen het einde van deze lezing zullen er naar schatting zes à zeven soorten uitgestorven zijn.

Het zijn weinig opbeurende woorden waarmee Van Reybrouck de nu ook als afzonderlijke publicatie beschikbare tekst van de vijftigste Huizingalezing aanvangt. Tezelfdertijd is er sprake van een absolute noodzaak die hij onder meer onderbouwt met diverse internationale onderzoeksrapporten. In deze tekst verwijst hij onder meer naar de rijke geschiedenis van de Huizingalezing: zo citeert hij cultuurhistoricus Johan Huizinga (‘Homo ludens’) en verwijst hij eveneens naar diverse eminente schrijvers en wetenschappers zoals onder meer auteur Rudy Kousbrouk en evolutiebioloog Tijs Goldschmidt. Daarnaast wijst hij op de meer dan opmerkelijke synchroniciteit tussen de vijfstigste Huizingalezing en de vijftigste verjaardag van het Rapport van de Club van Rome (‘Wat we toen al wisten: de vergeten groene geschiedenis van 1972’, Geert Buelens).

Misschien wel het meest opvallende idee dat Van Reybrouck in ‘Kolonisatie van de toekomst’ naar voren schuift is dat ‘kolonisatie niet langer iets territoriaals, maar iets temporeel geworden is. Het ergste ligt niet achter, maar voor ons’. Bovendien zijn de effecten van de klimaatproblematiek erg ongelijk: zo is gemeenzaam bekend dat het rijke Westen het arme Zuiden ‘koloniseert’. Daarnaast wijst Van Reybrouck op de wel erg gemakzuchtige beeldvorming en berichtgeving: zo wordt de klimaatcatastrofe steevast voorgesteld als het smelten van de ijskappen in het Hoge Noorden, maar evengoed heeft het een nog véél stérkere impact op het Zuiden dat helaas maar amper in beeld komt als het over klimaatopwarming gaat.

Grootse ideeën om de burger bij klimaat te betrekken

Hoewel het een eerder klein en handzaam boekje is, verbeeldt ‘Kolonisatie van de toekomst’ grootse ideeën. Daarbij horen ook gelijkaardige ambities, zoals de ‘heruitvinding van wereldwijde solidariteit en universele verantwoordelijkheid’. En zo komt Van Reybrouck ook terecht bij herstelbetalingen. Landen doen er immers best aan om ruimschoots financiële bijdragen te doen via noodfondsen om klimaatopwarming in het Zuiden tegen te gaan, zegt de auteur die een uitgesproken kans op wat (zelf)relativerende humor allerminst laat schieten (‘iemand moet toch eens een essay tegen verkiezingen schrijven’).

Het boekje verknoopt verschillende sporen die doorheen Van Reybroucks’ immer uitdijende oeuvre te vinden zijn. Kolonisatie is uiteraard een belangrijke rode draad – daar wil hij het graag over hebben, maar evengoed ook over klimaat en over burgerdemocratie. Zo wijst hij opnieuw op het immense belang van de burger en hoe die mee/verder betrokken kan geraken bij de klimaatproblematiek. Dat kan op erg uiteenlopende manieren, zoals onder meer via een preferendum of via een burgerberaad op internationaal niveau (Global Assembly). Maar evenzeer valt er te denken aan geïndividualiseerde emissierechten (een door de Britse econoom, cultuurhistoricus en denker David Fleming bedacht systeem van ‘tradeable energy quota’s’ die een rechtvaardige transitie mee kunnen helpen financieren).

Als laatste voorstel komt Van Reybrouck uit bij burgerlijke ongehoorzaamheid. In de hoop dat het collectief uiten van fiscaal gewetensbezwaar finaal een contemporaine vorm van collectief verzet kan betekenen. En dan valt het doek over de lezing:

Vooraleer we afscheid nemen, dames en heren, denken we dan even enkele seconden aan die paar soorten die ons het voorbije uur zijn ontvallen.

Related Images: