Petra Thijs geeft een stem aan een vrouw die louter beeld was

Petra Thijs geeft een stem aan een vrouw die louter beeld was

Petra Thijs, ‘Schaduwlicht’ 3 out of 5 stars

De mannelijke bezoekers op de Parijse Salon des Refusés in 1863 voelden zich hoogstwaarschijnlijk betrapt. Op Édouard Manets schilderij ‘Le déjeuner sur l’herbe’ keek namelijk een naakte vrouw hen onbeschaamd aan. Ze durfde de blik te beantwoorden van de kijker.

Het contrast met Alexandre Cabanels ‘La naissance de Vénus’ kon niet groter zijn. Bij Cabanel werd de kijker zachtjes binnengeleid in een “historisch” tafereel, waarna hij zijn ogen de kost kon geven aan een ideaal vrouwelijk naakt. Instagram is van alle tijden, zeg maar. Dient het te verwonderen dat Cabanel wél werd toegelaten tot de Salon en Manet verguisd?

Object van speculatie


Manets model voor ‘Le déjeuner …’ – Victorine Meurent – werd doorheen de jaren een object van speculatie. In de late negentiende eeuw dook ze immers niet enkel op bij Manet (‘L’olympia’, ‘Mlle V. en costume d’espada’, …), maar ook bij onze vergeten schilderende landgenoot Alfred Stevens. Een populaire these was dat ze een prostituee was. Emile Zola zette ze dan weer neer als een intrigante. Het idee dat Victorine Meurent iemand was met een eigen idee omtrent schilderen bleef decennialang onontgonnen terrein in de kunstgeschiedenis.

Wie een gezonde interesse bezit in hoe ideeën tot stand komen met betrekking tot kunst, kan niet om ‘Schaduwlicht’ heen. Petra Thijs heeft zich voor deze roman nauwgezet gedocumenteerd. Van kunstenaars die elkaar ontmoeten in Café Guerbois tot Manets theorieën over het effect van schaduwen op doek. Alles klopt. Deze roman voelt als een boeiend vertelde les kunstgeschiedenis.

Een eigen artistieke visie

Toch bevindt de overtuigingskracht van ‘Schaduwlicht’ zich niet in de manier waarop Petra Thijs het artistieke Parijs tot leven brengt. Het zijn vooral Thijs’ personages die de lezer in het verhaal binnentrekken. Er is de larmoyante kunstcriticus Tabarant die Victorine de grond inboort nadat ze zijn onbeholpen avances afwijst. Er is het onwettige dochtertje van Manet – Marie – met wie Victorine een innige vriendschapsband opbouwt. Maar er is vooral Victorine zelf, een vrouw die er een eigen artistieke visie om na houdt.

‘Daarom besliste ik al heel jong dat ik die titel van artieste als een eretitel zo dragen. Dat ik later ridder, schrijver of schilder zou worden, beroepen die onze samenleving niet voorbestemd heeft voor vrouwen. Omdat wij niet gezien worden als maker, maar op zijn best als een madonna die vereerd wordt, als de geduldige echtgenote of de slechte vrouw, allemaal etiketjes die mannen op ons kleven.’

Petra Thijs stelt ze voor als een betrokken gesprekspartner van Manet, iemand die ideeën aandraagt tijdens het creatieproces. Niet iemand die louter mooi was omdat ze de juiste pose wist te kiezen, maar wiens stekelige schoonheid voortvloeide uit wie ze was.

Hoe trefzeker deze roman ook is opgebouwd, toch ontwaren we bij momenten zinnen die in onze ogen te poëtisch gewild zijn.

‘Het was al bijna ochtend. Buiten droegen de zwaluwen het licht naar hun nesten.’

Een kleine kanttekening bij een roman die essentieel is voor iedere kunstliefhebber. En wie is dat niet?

Related Images: