Édouard Louis wroet rustig verder in zijn verleden
Edouard Louis, ‘Veranderen: methode’
‘Ik schreef om te bestaan’. De jonge Franse schrijver Édouard Louis keert minder dan een jaar na de uitgave van ‘Strijd en metamorfe van een vrouw’, wederom terug naar zijn familieverleden met zijn recente roman ‘Veranderen: methode’. Louis beschrijft hoe de jonge Eddy Bellegueule – die we leerden kennen in ‘En finir avec Eddy Bellegueule’ – er alles aan doet om zich te distantieren van zijn afkomst en een beter leven voor zichzelf te vormen. Zijn verleden – gekenmerkt door schaamte, armoede, gefrituurde maaltijden, tweedehandskleren en homofobie – maakt plaats voor een strijd naar de hogere klasse. Wat volgt is een bloedeerlijke beschrijving van de metamorfose van een dorpsjongen die droomt van méer.
Dankzij het toneel heeft hij geleerd dat je rollen kunt spelen, dat wil zeggen, afstand scheppen ten opzichte van je leven dat je is opgelegd, je verleden, je familiegeschiedenis.
Gebrandmerkt door schaamte
En die metamorfose verloopt niet zonder slag of stoot. De jonge Eddy is ervan overtuigd dat hij zijn geluk zal vinden in geleerdheid, rijke vrienden en verdere oorden. Alles wat hij heeft meegekregen uit zijn jeugd, zal hij achter zich laten. Zijn ongelukkigheid leidt tot brokken wilskracht. Om vooruit te gaan, moet hij zich voordoen als iemand anders. Maar de schaamte voor zijn verleden blijft hem achtervolgen. Louis beschrijft alles wat hij doormaakt dan ook voortreffelijk helder en gedetailleerd. Niks komt onoprecht over. Hij weet zijn woorden zo te manipuleren dat je niet géen sympathie voor hem kan voelen.
… alsof schaamte een objectief gevoel was, ingebeiteld in de materie zelf van de wereld, en alsof de wil van het individu er geen greep, geen invloed op had, alsof niets, vriendelijkheid, discretie, trots, historische ontwikkelingen noch opstanden enig effect kon hebben op wat de wereld heeft besloten voor eens en voor altijd met schaamte te brandmerken: armoede, lelijkheid, vernedering.
Schrijven is leven
In ‘Veranderen: methode’ ondergaat de jonge Eddy Bellegueule een zoektocht, naar zichzelf en kansen om te ontsnappen. Centraal in het verhaal staat één mantra: wanneer je hard genoeg in iets gelooft, wordt het werkelijkheid. Door te doen alsof is Louis uiteindelijk schrijver geworden. Hij imiteert zijn intelligente vrienden, verandert zijn naam, probeert als een bezetene zijn geletterde achterstand in te halen en boeken te lezen. Schrijven was voor Édouard Louis een manier om afstand te scheppen tot zijn verleden, om een nieuwe toekomst te vormen. Want misschien kan hij als schrijver rijk worden, zoals zijn grote idool Didier Eribon, en zich zo nooit meer zorgen te maken over armoede. Louis windt er geen doekjes om: schrijver worden was voor hem geen grote kinderdroom of een roeping maar eerder een kans om zijn armoede en verleden te overwinnen.
Na vier romans waarin hij zelf de hoofdrol speelt, blijft dit verhaal toch nog boeiend. En dat is mede door de aanwezigheid van Elena, zijn jeugdvriendin. In de ‘monoloog van Elena’ probeert hij haar pijn voor te stellen. Hiermee brengt hij een verfrissend nieuw perspectief in het verhaal. Hij schrijf dan ook niet zomaar zijn levensverhaal maar leg het ook onder de loep. Louis kruipt in de huid van zijn jongere ik en neemt er tegelijk afstand van door zijn keuzes te bevragen, zijn twijfels bloot te leggen. ‘Was ik een slecht mens aan het worden?’
Geen sprookjesverhaal
‘Veranderen: methode’ is duidelijk geen idyllisch heldenverhaal over een arm kind dat hoger opklimt tot succesvolle schrijver maar een ontnuchterde roman over een jongen die tevergeefs zijn verleden achter zich probeert te laten. Louis weet ons te boeien met zijn kwetsbaarheid, de ontmaskering van zichzelf. Hij spaart niets of niemand. Ook zichzelf niet. En die eerlijkheid werkt heerlijk bevrijdend. Hij beschrijft zonder scrupules hoe hij zo ver is geraakt – prostitutie, verloochening van zijn familie, leugens, misbruik van zijn rijke vrienden. Misschien is Louis wel een van de oprechtste auteurs die we vandaag de dag kennen.
Soms weet ik niet zeker of mijn inspanningen iets hebben opgeleverd. Soms denk ik dat al dat vechten vergeefs is geweest en dat ik door te vluchten heb gevochten voor een geluk dat ik nooit heb gekregen.