Ignaas Devisch’ positieve alternatief voor klimaatdoemdenkers

Ignaas Devisch’ positieve alternatief voor klimaatdoemdenkers

Ignaas Devisch, ‘Vuur. Een vergeten vraagstuk’ 4 out of 5 stars

Ergens in ‘Vuur’ haalt Ignaas Devisch (1970) een herinnering op aan zijn lagere school. Om kinderen bewust te maken van de derdewereldproblematiek werden er verplicht sobere maaltijden voor iedereen geserveerd. Het geserveerde eten – plakkerige rijst – bracht geen bewustwording met zich mee, maar mondde uit in een koortsachtige zoektocht naar koeken of ander lekkers. Wie denkt kinderen iets bij te brengen door ze te laten verzaken aan het lekkers dat de wereld biedt, tast mis.

Een soortgelijk verhaal tekent zich de laatste decennia af in het bewustwordingsproces rond de klimaatproblematiek. Niemand haalt het nog in zijn hoofd het probleem te ontkennen. Alleen: waarom raken we zelden begeesterd door de alternatieven? Waarom denken we dat we een periode tegemoet gaan waarin spaarzaamheid en strengheid de norm worden?

In ‘Vuur’ biedt Devisch andere vergezichten. Door terug te gaan naar vuurmythes en vuurrituelen verschilt zijn aanpak van menig klimaatboek. Die kegelen niet zelden de lezer plat met statistieken en onheilstijdingen.

Vraagtekens bij de vanzelfsprekendheid

De negentiende eeuw bracht ons de industriële revolutie. Via stoomkracht tuimelden we in het olietijdperk. Energie werd vanzelfsprekend.

‘Hoe meer de technische toepassingen van vuur ingang vinden, hoe sneller vuur verdwijnt als object van filosofische reflectie.’

Door filmklassiekers als George Stevens’ ‘Giant’ (1956) en Shohei Imamura’s ‘The ballad of Narayama’ (1983) met elkaar te contrasteren, toont de Gentse filosoof welke verschillende brillen we hanteren wat betreft energie. In ‘Giant’ is olie een vanzelfsprekendheid, in ‘The ballad’ is er eerbied voor de natuur.

De zon als mogelijk antwoord

Ondanks het gestruikel van de laatste decennia ziet Devisch geen reden om ons vast te rijden in gratuit doemdenken. Hij verwijst naar Copernicus, die de zon in het centrum plaatste in plaats van onze aarde. De Poolse astronoom wees daarmee naar een potentiële krachtbron, buiten onze directe invloedsfeer. Een bron die we misschien te vaak over het hoofd zien.

‘Ik gaf eerder aan dat de zon geeft zonder iets terug te verlangen; wij moeten beter leren ontvangen dan zelf te exploiteren (…) In het helioceen is de mens niet langer heer en meester van de natuur (…) maar een ontvanger en bewerker van wat de materie ons geeft en waarvan we afhankelijk zijn.’

Nu we leven in een wereld waarin we zelf zingeving moeten creëren, moet het mogelijk zijn ons anders te verhouden tot onze omgeving. Niet zozeer door het boetekleed aan te trekken, maar door op zoek te gaan naar alternatieven. De appel die Newton zag vallen, viel al duizenden jaren op dezelfde manier – Newton bekeek het gewoon anders. Een dergelijke afwijkende blik is broodnodig om onze bestaande problemen aan te pakken.

‘Vuur’ is een uiterst toegankelijk boek dat een afwijkende, positieve blik biedt. Een werk voor iedereen die denkt aan de toekomst van deze vreemde bol.


Related Images: