Lopez ontrafelt de mythe achter meestervervalser Han van Meegeren

Lopez ontrafelt de mythe achter meestervervalser Han van Meegeren

Jonathan Lopez, ‘De laatste Vermeer’ 3 out of 5 stars

Los van de andere werken hangt het in het Museum Booijmans Van Beuningen: Han van Meegerens schilderij ‘De Emmaüsgangers’ (1937). Als een gestraft kind in een hoekje gehangen. Wie het werk nu bekijkt, kan amper bevatten dat van Meegerens creatie destijds doorging voor een authentieke Vermeer.

Aangezien kwaliteitsvolle overzichtswerken in de vroege twintigste eeuw nog geen ruime verspreiding kenden, waren nogal wat schilderijen uit de zeventiende-eeuwse Nederlandse Gouden Eeuw onbekend bij het grote publiek. Een fenomeen waarvan Han van Meegeren handig gebruik maakte.

De man die nazi’s bij de neus nam

Het verhaal is bekend: in de nadagen van W.O. II werd duidelijk dat de Nederlandse pseudokunstenaar zichzelf had verrijkt via de verkoop van eigenhandig geproduceerde meesterwerken. Een rechtszaak tegen hem draaide uit op een publieke farce.

Hoe kon een man die Hermann Göring had bedrogen – door hem een valse Vermeer aan de hand te doen – nu iets slechts in zijn mars hebben? Van Meegeren werd gaandeweg deel van het Nederlandse erfgoed: een bedrieger die de Duitse overheerser stevig bij de neus had genomen.

Een product van zijn tijd

Lopez reconstrueert in ‘De laatste Vermeer’ de wankele kunstwereld waarbinnen Han van Meegeren opereerde. Kunstwetenschap bevond zich in de kinderschoenen. Aankopen waren grotendeels gebaseerd op vertrouwen.

‘Van Meegeren was een begaafde, hardwerkende schurk en hij leefde in een eldorado voor bandieten.’

Wat dit boek pertinent maakt zijn de kruisverbanden die Lopez legt tussen van Meegerens vervalsingswerk en de visuele cultuur in Hitlers derde rijk. Het eigenhandige geconstrueerde beeld van de ‘kwajongen’-vervalser blijkt vals. Pietje Bell is een Joker. Hier was een man aan het werk die koketteerde met de beeldtaal van de nazi’s. Meer zelfs: die ze omarmde in zijn artistieke productie.

‘De mogelijkheid van een succesvolle publieke carrière in de kunst (…) dat was de primaire motivatie voor Van Meegerens draai van verholen nazisympathieën tot actieve collaborateur in oorlogstijd.’


Interessant is de vergelijking tussen de ‘De Emmaüsgangers’ en de tentoonstelling die Hitler organiseerde naar aanleiding van de Olympische spelen in 1936. Een evenement waar van Meegeren erg over te spreken was. Meer nog, hij was er zo enthousiast over dat hij de visuele taal van Hitlers tentoonstelling kopieerde naar een ‘Vermeer’ van de zeventiende eeuw. Of: hoe een vervalst schilderij meer zegt over de eigen periode dan de stijl waarin het gecreëerd is.

Van Meegeren komt in dit boek naar voor als een dieptragisch figuur. Hij verzamelde enorme bedragen, maar zag zijn eigen artistieke werk nooit erkend. Hij feestte als een bezetene, maar kende geen liefde. Er treedt een man naar voor die angstaanjagend leeg blijkt te zijn achter de façade.

‘De laatste Vermeer’ is een boek voor wie zich een idee wil vormen over hoe twijfelachtige waarheden tot stand komen. Of: hoe we soms eerder kijken naar reputaties dan naar schilderijen.

De laatste Vermeer

Related Images: